Verstoppertje spelen De honden horen het ook. Ze lopen naar de kant van de weg en kijken uit over het grote veld met mais. Het uitzicht is goed omdat de weg – Brinkstukken in Peest – vrij hoog ligt. Maar nee, er is niets te zien. Het geluid gaat maar door: ’Kwik-me-dit’. Het wordt drie tot acht keer herhaald. Na een korte pauze volgt een nieuwe serie. De roep klinkt iedere morgen weer en ook wel ’s avonds in de schemering. Het is gewoon een spelletje geworden: luisteren en het veld afturen. De honden doen dapper mee, maar tot op heden tevergeefs. Ze gaan er daarom rustig bij zitten al houden ze hun oren gespitst. De grondvogel roept ijverig. Wiedewiedewiet, je hoort me wel maar ziet me niet. Het zoeken begon al in april. Omdat het wekenlang niet wilde regenen, bleef de mais laag en verkleurde rood. Je zou denken: op het open veld tussen dat lage spul moet het toch een keer lukken. Iedere morgen bracht weer een nieuwe kans om die uitdagende roeper in het oog de krijgen. Het zoeken van drie paar ogen bleef echter vruchteloos. Kwartels leven dicht bij de mensen in cultuurland. Het liefst in graanvelden maar dus ook tussen de mais of in hooiland. Bieten- of aardappelakkers vermijden ze. Ieder jaar zijn ze rond Peest te horen. Zeker tien roepende mannetjes. Toch hoor je nooit eens iemand zeggen: ‘Kwam ik toch een paartje kwartels tegen. Ze zaten midden op de weg.’ Deze kleine loopvogel, maatje spreeuw alleen wat dikker, houdt zich goed verborgen. Veel vogels vliegen op bij gevaar. Kwartels daarentegen drukken zich of rennen weg. Ze hebben voortreffelijke schutkleuren en kunnen lopen als de beste, snel en atletisch. Een kip is er niets bij. Ze weten dat ze op de grond veiliger zijn dan in de lucht. | |
Kwartels worden al eeuwen lang fel bejaagd. In de landen rond de Middellandse Zee schieten grote mannen met dikke geweren op deze kleine vogels. Ze overwinteren in Afrika en dat is zelfs voor een kwartel net iets te ver om te lopen. Gelukkig zijn deze trekkers over een lange afstand overlevers en vliegen ze vooral ’s nachts. Helaas zijn heldere nachten bij goed weer ideaal zowel voor trekvogels als voor jagers. Het ene jaar bereiken veel meer kwartels ons land dan het andere. Die wisselende aantallen komen nu eens niet door het verdwijnen van hun broedgebied of door de mechanisering van de landbouw. Waarschijnlijk ontstaan die schommelingen in het aantal door het broedsucces, het weer én de jacht. De kleine hoenders hebben reden genoeg om zich te drukken. Hun naam is veelzeggend: ze wegen ongeveer een kwart van een patrijs. Vandaar kwartel. Chaim Zimet IVN Norg |