Staatsbosbeheer gaat komende winter diverse houtsingels en -wallen in de Peestermaden ‘terugzetten’. Hierbij wordt veel van de boomopslag verwijderd. Hier en daar worden grote bomen, de zogenaamde overstaanders, gespaard. De maatregelen zijn nodig om het karkater en de ecologische waarde van de houtsingels te bewaren.

Houtsingels in de Peestermaden zijn er waarschijnlijk al zolang het gebied in gebruik is als cultuurland. Zo’n vijfduizend jaar geleden begonnen mensen met het in gebruik nemen van de beekdalen. Voor die tijd groeiden in de beekdalen vooral natte broekbossen. Bij het verdelen van de landerijen, werden de percelen vaak afgegrensd met een greppel. De grond uit de greppel vormde een wal die vervolgens werd ingeplant met allerlei struiken en bomen. De wallen dienden dus als perceelscheiding, maar ook als veekering. Ook werden rijen bomen aangeplant zonder wal en greppel. Dit worden houtsingels genoemd. Meestal stonden deze singels langs bredere watervoerende sloten.

Zowel de houtwallen als –singels leverden hout voor allerlei toepassingen. Er werden bijvoorbeeld huizen mee gebouwd, maar het meeste werd gebruikt om bijvoorbeeld afrasteringen mee te maken of verdween in de kachel. Doordat de mens voortdurend ingreep in deze singels kregen ze een geheel eigen ecologische waarde. De grauwe klauwier, een voor Drentsche begrippen zeldzame vogelsoort, broedt in de houtwallen en struwelen. Ook veel insecten en kleine zoogdieren maken veel gebruik van de wallen als rust-, schuil- en nestplaats. Niet in de laatste plaats zijn de wallen belangrijk als lijnen waarlangs dieren zoals reeën van de ene naar de andere plek trekken.

Om die waarde te behouden moeten houtwallen en –singels eens in de zoveel jaar worden teruggezet. Hierdoor wordt voorkomen dat er op den duur alleen nog maar grote bomen staan. Door de lichtbeperkende werking van deze hogere bomen krijgen lagere struiken namelijk nauwelijks een kans om zich nog te ontwikkelen. Juist deze struiklaag is heel waardevol voor allerlei planten en dieren.

De bedoeling is dat Staatsbosbeheer het beheer zoals dat vroeger ook gebeurde zoveel mogelijk nabootst. Dit betekent dat de singels en wallen redelijk rigoureus worden teruggezet, waarna ze weer een paar jaar met rust worden gelaten. Niet alle wallen en singels worden tegelijk aangepakt. Omdat het oorspronkelijke houtgebruik niet meer aan de orde is, is naar alternatieven gezocht. Het hout wordt nu versnipperd en vervolgens afgevoerd naar een aantal campings in de omgeving. Hier worden de snippers gebruikt in verbrandingsinstallaties voor onder meer de voorziening van warm water.

Mocht u nog vragen hebben over de voorgenomen werkzaamheden dan kunt u contact opnemen met boswachter Henk Doldersum, telefoon 06-20407431.